Van studiebol tot Italiespecialist
donderdag 27 april 2006
Gepubliceerd in Italie Magazine
Weinig vakantiegangers kunnen de overweldigende rijkdom van de Italiaanse cultuur weerstaan.
Bij sommigen slaat de Italiëkoorts zo toe dat ze zich in eigen land vol overgave storten op een universitaire opleiding Italiaans. Vooral jonge vrouwen raken in de ban van het Italiaanse culturele erfgoed. Ze zijn gefascineerd door de taal en zien de studie als een goede opstap naar een baan. Italiaans studeren is echter meer dan een praktische taalcursus. Docenten leggen uit wat erbij komt kijken. Zes studenten en alumni vertellen waarom ze dit pad kozen en waar ze zijn aanbeland.
Op vakantie in Italië. Claxonerende motorini, versgezette caffè, drogend wasgoed, schitterende pleinen en palazzi, tropische temperaturen en verkoelende gelati. Voor menig nuchtere Hollander gaat er een wereld open. Enkelen raken zo onder de indruk dat ze alles willen leren over de Italiaanse taal, cultuur en geschiedenis. Nauwelijks ontwaakt uit hun vakantieroes, storten ze zich in eigen land vol overgave op een universitaire opleiding Italiaans. Tijdens dit wetenschappelijke avontuur worden ze ingewijd in alle geheimen van het Italiaanse culturele erfgoed. Een Italiaans beroep tenslotte, bindt de voormalige studenten Italiaans levenslang aan het land van hun dromen.
Een kleine honderd Italiëgangers laat zich jaarlijks verleiden tot een studie Italiaans. Vooral jonge vrouwen voelen zich aangetrokken tot de opleiding. Hoogleraar Italiaanse Taalkunde aan de Universiteit van Amsterdam, Vincenzo Lo Cascio: ‘Zij kiezen vaker wat ze leuk vinden. Ook vinden ze het vooruitzicht op parttime werk als docent aantrekkelijk. Mannen kiezen eerder voor studies die een grotere economische zekerheid bieden.’ Tachtig procent van de studenten Italiaans is vrouw, slechts twintig procent is man. In de zeventiende en achttiende eeuw daarentegen maakten talloze Engelse, Franse en ook Nederlandse jongemannen een educatieve reis naar Italië, die gezien werd als een welhaast verplichte afsluiting van de opvoeding. Wie zich cultureel onderlegd wilde noemen, moest enkele van de Italiaanse hoogtepunten van dichtbij aanschouwd hebben. Niet zelden vormde het studieverblijf een belangrijke opstap naar een carrière in het zakenleven of de politiek. Tegenwoordig zijn daarvoor eerder economische of juridische studies vereist.
Italiaans studeren is voor velen een manier om kennis te maken met een fascinerend land. De één is geboeid door het rijke verleden, de interessante literatuur en de vooraanstaande plaats die Italie inneemt binnen de Europese gemeenschap op zowel economisch als cultureel gebied. Een ander heeft Italiaanse ouders en wil hun culturele achtergrond beter leren kennen. Weer een ander is gevallen voor de Italiaanse charmes op een zwoele zomeravond aan het Lago di Garda. Een enkeling is van Italiaanse afkomst en denkt hier meer kans te maken op een baan dan in Italië.
Zitvlees
Wie Italiaans studeert krijgt meer voor zijn kiezen dan een praktische taalcursus. Net als bij andere talenstudies staat het grootste deel van de studie in het teken van het aanleren van academische vaardigheden. Docente Taalverwerving en studiecoördinator aan de Universiteit van Leiden, Ellen Poolman: ‘Studenten moeten zitvlees hebben om boeken door te pluizen en werkstukken te maken. Ook moeten ze beschikken over een brede theoretische en historische intresse. De taal is niet het doel van de studie, maar aan het einde beheersen ze het Italiaans uiteraard goed. Wie tolk wil worden, kan beter een tolkenopleiding volgen.’ ‘Voor sommigen komt dit als een verrassing’, zegt Hoofddocent Taalkunde aan de Universiteit van Utrecht, Dennis Delfitto. ‘Voor anderen gaat er een wereld open. Ze raken gefascineerd door Dante, Petrarca en Boccaccio. Ook bestuderen ze graag de vorming van het Italiaans dat -net als alle Romaanse talen- is ontstaan uit het gesproken latijn.’
Studenten Italiaans kunnen terecht in Amsterdam, Utrecht en Leiden. Per studiestad stromen er jaarlijks tussen de 18 en 25 studenten in. Amsterdam is de grootste trekpleister met in totaal circa 120 hoofdvakkers Italiaans. Ellen Poolman uit Leiden: ‘Er zijn bij alle studies minder eerstejaars dan in de jaren tachtig door de landelijke geboortedip, een striktere studiefinanciering en een minder sterke tendens om een universitaire opleiding te volgen. De laatste twee jaar trekt het aantal studenten Italiaans weer aan.’ De opleidingen Italiaans in Amsterdam en Utrecht richten zich op de moderne aspecten van de Italiaanse taal- en letterkunde. Aan de Universiteit van Leiden ligt een wat zwaarder accent op de Middeleeuwen en de Renaissance. De studieopzet verschilt per stad. Dennis Delfitto uit Utrecht: ‘Bij ons vliegt de student na 2,5 jaar Italiaans als een postduif uit naar een andere vakgroep om zijn horizon te verbreden. Voor de voltooiing van de eindscriptie keert hij terug naar het nest. In Amsterdam kan de student na een jaar doorgaan met Italiaans of kiezen voor een bovenbouwstudie zoals Europese- of Culturele Studies. De Leidse opleiding Italiaans is traditioneel van opzet.’
De opleidingen Italiaans dragen kwaliteit hoog in het vaandel. In een visitatie-onderzoek van de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten uit 1998 staat dat de drie voldoende tot goed scoren. Amsterdams haalt het beste resultaat. Sinds de Amsterdamse Letterenfaculteit in 1997 werd ondergebracht in de nieuwe Faculteit der Geesteswetenschappen is de faculteit enigzins rommelig, zegt Vincenzo Lo Cascio. ‘Letterenstudenten hebben geen eigen vakgroep meer waardoor het identiteitsgevoel wat minder is geworden. Al het talenonderwijs wordt aangeboden uit één onderwijsinstituut taal- en letterkunde.’
Een afgestudeerde Italiaans kan vele kanten op. De studie leidt immers niet op tot één bepaald beroep. Uit een enquête van het Amsterdamse onderwijsinstituut Taal- en Letterkunde blijkt dat veel afgestudeerden Italiaans werk vinden in de exportbranche bij Italiaanse en Nederlandse bedrijven (ongeveer 27 procent) en in de voorlichtings/marketingsector (zo’n 10 procent). Anderen komen terecht in banen bij uitgeverijen, vertaalbureaus, taleninstituten of de diplomatieke dienst. Ook bij toeristische instellingen, onderwijsinstituten, ministeries, kranten en weekbladen, banken en in het universitaire milieu komen studenten aan de slag. Van de respondenten heeft 92 procent een baan; van de overige 8 procent is de ene helft werkzoekend en de andere in opleiding. Zo’n 15 procent heeft werk waarvoor een universitaire opleiding Italiaans vereist is. Het leven als Italiespecialist begint voor deze voormalige studenten Italiaans dan pas echt.
Sanne van Buijtenen
4e jaars Italiaans aan de Universiteit van Amsterdam
22 jaar
“De vonk sloeg over toen ik op een voorlichtingsmiddag van een enthousiaste docente hoorde over studiebeurzen voor Italie. Sinds ik op een schoolreisje naar Rome in de ban van de Italiaanse taal en cultuur was geraakt, wilde ik per se terug. Ze vertelde ook dat sommige meiden vanwege een leuke Italiaanse jongen langer blijven. Dat zou ik zelf niet snel doen. De ware Italiaan ben ik niet tegen gekomen.Wel ben ik sinds het WK- voetbal in 1994 een groot fan van Beppe Signori. Tijdens mijn studieverblijf in Rome heb ik alle thuiswedstrijden gezien van zijn voetbalclub Lazio. Ook heb ik goed Italiaans leren spreken en veel mensen ontmoet. Zo’n buitenlandverblijf zou eigenlijk verplicht moeten zijn. In mijn scriptie overweeg ik om mijn specialisatie letterkunde te combineren met mijn lievelingsstad Rome. Na mijn studie wil ik misschien een postdoctorale opleiding journalistiek volgen. Ik hou van schrijven en wil graag correspondent worden in Italie.”
Saskia Malherbe
2e jaars Italiaans aan de Universiteit van Leiden
24 jaar
“Na een lang verblijf in Italie, begon ik aan mijn studie. Ik had er vier jaar gewerk als au-pair, hostess op een cruiseschip en redacteur voor een Italiaans magazine over speelautomaten. Toch wilde ik meer. Mijn voorkeur ging uit naar de Leidse opleiding Italiaans omdat het accent ligt op de oude letterkunde. Kennis hiervan is nodig om de vorming van de Italiaanse taal en de moderne literatuur te begrijpen. In de oude teksten kom je bovendien culturele gebruiken tegen die ook nu herkenbaar zijn. “De Italiaanse man” blijft een romanticus, al moet je zijn woorden soms wel met een korreltje zout nemen. Als ik ben afgestudeerd wil ik misschien nog een Tolkenopleiding doen of lesgeven op een privéinstituut. Ik verricht nu al tolk- en vertaalopdrachten. Ook het bedrijfsleven biedt mogelijkheden. Het is mijn droom om later opnieuw in Italie te wonen. Ik voel me er thuis, zonder het land te idealiseren. De salarissen zijn lager en de bureaucratie is groot. Dingen lopen vaak anders, dan je denkt.”
Michèle Geurtz
Account Executive bij een Touroperator voor inkomend toerisme
30 jaar
“Italie was altijd al mijn grote liefde. Met mijn ouders ging ik er bijna elke zomer op vakantie. We brachten dan tevens een bezoek aan mijn tante, die met een Italiaan is getrouwd. Toen ik aan mijn studie Italiaans begon in Amsterdam, sprak ik al behoorlijk goed Italiaans. Ook had ik inmiddels een toeristische opleiding achter de rug. Na mijn propedeuse ben ik Europese Studies gaan studeren met Italiaans als basisvak, Portugees als steuntaal en Rechten als specialistatievak. Het was een leuke, maar algemene opleiding zonder veel praktijkervaring. Toch heb ik veel profijt gehad van mijn talenkennis en mijn toeristische ervaring. Ik was nog niet met mijn scriptie begonnen of ik kon aan de slag bij een Touroperator voor inkomend toerisme. In mijn werk heb ik veel te maken met Italiaanse, Franse en Portugese reisorganisaties. Ook regel ik duizend en één dingen voor onder meer Italiaanse toeristen. Mijn baan bevalt mij uitstekend. Ik spreek elke dag Frans, Portugees én Italiaans.”
Enrico Odelli
Docent taalvaardigheid aan de Universiteit Leiden en de Technische Universiteit Delft
39 jaar
“Als puber wilde ik reeds lesgeven. Maar omdat er weinig werk was voor docenten, ging ik economie studeren in Parma. Uit ontevredenheid over mijn studie besloot ik op reis te gaan.
In Nederland hoorde ik over een universitaire opleiding Italiaans. Mijn jongensdroom ging toen alsnog in vervulling. Als Italiaan kreeg ik vrijstelling van taalverwerving en had veel tijd voor letterkunde en taalkunde. Ook kon ik extra vakken volgen. Tegenwoordig hebben studenten minder studietijd en zijn verplicht om een vast aantal studiepunten te halen. Tijdens mijn studie heb ik de lerarenopleiding gevolgd. Inmiddels sta ik voor de klas en geef Italiaanse les in Leiden en Delft. Ook hou ik me bezig met Computerondersteund Onderwijs. Ik heb een computerprogramma ontwikkeld voor studenten om de Italiaanse grammatica te leren. Ze zijn er blij mee en halen hogere cijfers. Een zegen voor iedere docent.”
Madeleine de Leede
Vertaler
41 jaar
“Tijdens een vakantie aan het Lago di Garda raakte ik gefascineerd door de natuur, de pittoreske dorpjes en het temperament van de Italianen. Ook was ik onder de indruk van de schitterende taal. De stap naar een studie Italiaans was daarna snel gemaakt. Op mijn vierentwintigste liep ik voor het eerst college in de intieme sfeer van een Utrechts Herenhuis.
Ik heb er nooit spijt van gehad. In de laatste fase van mijn studie kon ik aan de slag op de administratie van een meubelbedrijf in Italie. Daarna ben ik Italiaanse les gaan geven aan de Volksuniversiteit en andere educatieve centra. Pas later kreeg ik de smaak van het vertalen te pakken. In 1994 heb ik Pronto Vertalingen opgericht samen met mijn partner Hans van Nuland. Het accent in ons werk ligt op de vertaling van juridische teksten uit het Italiaans. De kneepjes van dit aparte vak leerde ik pas in de praktijk.”
Adressen:
Opleidingen Italiaanse taal- en letterkunde:
Onderwijsbalie Bungehuis,
Spuistraat 210,
1012 VT Amsterdam,
Telefoon 020 525 4650
Faculteit der Letteren
Drift 8
3512 BS Utrecht
Telefoon 030 253 62 85
Secretariaat Italiaanse taal- en letterkunde
van Wijkplaats 3
Leiden
Telefoon 071 527 2053
door Jessica de Jong