Skip to main content

Infrastructuur

Ontevredenheid heerst door Noord-Zuidlijn (met pdf)

woensdag 26 april 2006

Gepubliceerd in Info Regio 

pdf Bekijk deze publicatie 483.17 Kb

Lekker winkelen in de Amsterdamse Pijp of op het Rokin zit er voorlopig niet in.

Het duurt nog wel een jaartje (of zelfs waarschijnlijk nog langer!) voordat de meest ingrijpende bouwwerkzaamheden aan de stations voor de Noord-Zuidlijn zijn afgerond. Tot die tijd maken ondernemers er het beste van.

Een metro aanleggen gaat niet over één nacht ijs. Vooral de ondernemers, die gevestigd zijn langs het tracé van de toekomstige Noord-Zuidlijn, kunnen daarover meepraten. De werkzaamheden op de plaatsen waar de stations komen, zijn alweer enkele jaren aan de gang en gaan voorlopig nog wel even door. De wanden van de drie stations op het Rokin, de Ferdinand Bolstraat en de Vijzelstraat komen dit jaar gereed. Daarna moet het dak op de wanden worden gezet en pas in 2006 gaan de bouwers ondergronds aan de slag.

Tot die tijd moeten de ondernemers en buurtbewoners nog behoorlijk afzien. Vrachtwagens en graafmachines rijden af en aan. En dát veroorzaakt behoorlijk wat lawaai. Grote delen van de straten in de stad zijn afgesloten door hekken, die staan opgesteld langs de verschillende bouwputten. De bereikbaarheid is slecht en dat bemoeilijkt het zakendoen aanzienlijk. Wegens vertraging van de bouw is besloten dat de bouwwerkzaamheden in de Ferdinand Bolstraat tot tien uur ‘s avonds en in het weekend mogen doorgaan. Bewoners hebben hierdoor ‘s avonds last van enorme schijnwerpers die de bouwvakkers moeten bijlichten.

Gezellig

Ook de vele ondernemers hebben het zwaar in de Ferdinand Bolstraat. In totaal zijn in deze smalle straat ongeveer 45 ondernemers gevestigd, onder wie relatief veel kleine zelfstandigen en enkele grote winkelketens. “Het grootste probleem voor deze uiteenlopende winkels is een afname in het aantal bezoekers,” zegt straatmanager Marco ten Hope. De straatmanager behartigt de ondernemersbelangen ter plekke en legt contacten tussen de buurt en de gemeente. “De slechte bereikbaarheid van de straat en de geluidsoverlast nodigen niet uit om gezellig te winkelen.” 

De gemeente liet vorig jaar een enquête doen onder ondernemers waarin onderzocht werd waaraan zij behoefte hebben. Volgens ter Hope hebben zij het gevoel dat er te weinig gebeurt om de knelpunten te verbeteren. “Uit de enquête bleek dat mensen vooral goed geïnformeerd willen worden over de voortgang van de werkzaamheden. Winkeliers willen weten wat de bouwers doen en wanneer de straat afgesloten wordt. De gemeente heeft naar aanleiding van deze uitkomst de communicatie met de ondernemers geïntensiveerd. Zij krijgen nu speciale brieven waarin uitgebreid wordt ingegaan op zaken die er spelen.”

Volgens Paul Andriessen van Projectbureau Noord-Zuidlijn zijn ondernemers wel tevreden over de communicatie met de overheid en met name “minder content over de verslechterde parkeersituatie en de problemen met de veiligheid.”  

Thuiswerkers

Zonder overheidssteun kunnen de belanghebbenden, die langs het metrotracé zitten, het wel vergeten. De Gemeente Amsterdam heeft daarom een speciaal Leefbaarheidsfonds voor bewoners in het leven geroepen waaruit kleine tegemoetkomingen gefinancierd kunnen worden. Zo kunnen bewoners aanspraak maken op een maandelijkse vergoeding van circa 74 euro of minder afhankelijk van de lokatie. Ook kunnen zij hun ramen laten wassen, in een hotel overnachten en geluidwerende ramen laten plaatsten. Thuiswerkers krijgen andere kantoorruimte aangeboden in een kantoorgebouw aan de Wibautstraat.

“Uit het Leefbaarheidsfonds is tevens een deel van de acties gefinancierd om het imago van de Ferdinand Bolstraat te verbeteren,” aldus Andriessen. “Ondernemers hebben samen met de gemeente geprobeerd om meer klanten te trekken. Zo was tijdens de kerst sprake van speciale kerstverlichting en trad een muziekband op.” De maatregelen laten volgens hem zien dat de Ferdinand Bolstraat nog steeds de moeite waard is voor het doen van aankopen en dagelijkse boodschappen.

Volgens Ter Hope hebben deze initiatieven nog niet echt geholpen om meer klanten te trekken. Hij noemt ook een eerdere stripenkaart- en spaarkaartenactie. “Als je kijkt welke inspanningen ondernemers hebben verricht, dan kun je je afvragen of het resultaat niet wat beter had kunnen zijn? Het is zoeken naar de juiste formule.”
 
Faillissementen

Een speciale schaderegeling compenseert ondernemers, die kunnen aantonen dat ze hinder ondervinden. Volgens Herman van Velsen van het Schadebureau Noord-Zuidlijn heeft tweederde van de ondernemers die zich vóór 2000 in de Ferdinand Bolstraat, de Vijzelstraat of het Rokin gevestigd hebben, een verzoek ingediend tot schadecompensatie. “Eind september 2004 telden we 160 verzoeken over de afgelopen vier jaar. Inmiddels is een bedrag uitgekeerd van één miljoen euro aan ondernemers, die tijdelijk hun winkel moesten sluiten wegens herstelwerkzaamheden aan de fundering. De verzoeken van ondernemers die verlies hebben geleden, lopen nog en worden in de loop van dit jaar uitbetaald.”

Volgens ter Hope heeft de aanleg van de Noord-Zuidlijn nog niet tot faillissementen geleid. Maar het scheelt soms niet veel. “Het knelpunt is dat de schadevergoeding vaak achteraf betaald wordt. Ik raad bedrijven aan om een voorschot te vragen op de schadevergoeding bij de aanvraag.” Op die manier voorkomen bedrijven dat ze pas aan de bel trekken als ze al in financiële nood zijn gekomen.

Ondanks alle tegenslag is de Ferdinand Bol nog steeds in trek bij nieuwkomers. Ter Hope: “Er is maar één winkel, Superfoto genaamd, weggegaan. Het is onduidelijk of dit door de aanleg van de metro komt of door ontwikkelingen in de fotobranche. Er is alweer een nieuwe winkel voor in de plaats gekomen.” Ook lingeriezaak Hunkemöller heeft een nieuw pand verderop in de straat betrokken. Het oude pand stond op de slooplijst voor de aanleg van de metro-ingang. Fastfoodketen Kentucky Fried Chicken opende onlangs een filiaal. Ter Hope: “Dit bedrijf kan het wel hebben, nu het wat minder gaat. Straks zitten ze gebeiteld als het druk wordt met de nieuwe metrostations.”

door Jessica de Jong