Genade in de strijd
donderdag 27 april 2006
Gepubliceerd in Wannahaves
Je kijkt je tegenstander strak aan. Dan komt zijn vuist op je af. Als een raket schiet je been omhoog, en trapt trefzeker in zijn zij, nadat je zijn arm hebt geblokt. De Japanse krijgskunst Shorinji-Kempo is erop gericht om een aanval zo effectief mogelijk af te weren, zolang het wederzijdse respect maar overeind blijft. De Japanse vechtmeester Hiromi Tojo, beter bekend als acteur van de Nederlandse televisie, vertelt hoe dat moet.
Het gaat er fel aan toe bij Shorinji-Kempo. Tijdens een demonstratie van deze oeroude Japanse vechtsport in een bewierookte dojo in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt, leggen beginners en gevorderden elkaar het vuur aan de schenen. Vooral de -in monnikspijpen gehulde- zwarte banddragers roepen met hun flitsende mesgevechten, beelden op uit een ver kloosterverleden. De groep staat onder leiding van de Japanse vechtmeester Hiromi Tojo (55), bekend van het televisieprogramma Ushi en Van Dijk.
“Als kind droomde ik ervan om heel sterk te worden,” zegt de Engelssprekende Tojo als hij vertelt over zijn passie voor krijgskunst, vanuit zijn woning in de Amsterdamse Pijp. “Ik nam daarom op mijn achttiende les in ‘Martial Arts’ in Japan, wat ik heel spannend en mysterieus vond. Maar na een tijdje trainen werden al die technieken heel gewoon. Ik had het geluk om les te krijgen van één van de grootste Shorinji-Kempo meesters, Yamazaki Sensei. Hij bracht me discipline en respect bij en heeft me vol toewijding ingewijdt in alle geheimen van zijn vak.”
Het unieke van Shorinji-Kempo ligt in de vereniging van ‘harde’ en ‘zachte’ technieken, volgens Tojo. In andere vechtkunsten ligt de nadruk vaak te sterk op een van beiden. In Judo is de zachte kant het belangrijkst, terwijl Karate de harde kant verheerlijkt. De Shorinji-gedachte is dat verdedigen en aanvallen niet afzonderlijk kunnen bestaan. Door aan beide kanten van het gevecht aandacht te besteden, kunnen leerlingen hun krijgskunsten optimaal ontwikkelen. ”
Venijnige trucjes worden niet geschuwd. Tojo: “Volgens de oosterse medische wetenschap telt ons lichaam 14 belangrijke zenuwbanen, waarin zich 708 vitale plekken bevinden. Door op deze punten te drukken kan iedereen een grote tegenstander onschadelijk maken, zonder ernstig letsel te veroorzaken. Een ware krijger toont altijd genade en wil zijn tegenstander niet vermorzelen. Overigens ervaren Nederlanders minder snel pijn dan Japanners als iemand in hun nek knijpt of op hun voet trapt,” grijnst hij.
Oorspronkelijk komt Shorinji-Kempo uit China. Boeddhistische monniken uit een klooster in de provincie Hunan praktiseerden deze krijgskunst als aanvulling op hun Zen-meditaties. Pas na de Tweede Wereldoorlog waaide hun bewegingsleer over naar Japan en groeide uit tot een nationale tak van sport met tegenwoordig meer dan 1,5 miljoen beoefenaars. Ze dragen op hun vechtuitrusting het zogeheten Manji-symbool (hakenkruis), dat vanwege de connotatie in het westen vervangen wordt door een ander teken. In het Boeddhisme verwijst de manji naar de tegengestelde krachten in het universum, die net als dag en nacht onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
Britse dame
In 1982 bracht Tojo zijn geliefde vechtsport naar Nederland. “Ik wilde al lang naar het westen, omdat de strenge Japanse leefregels me niet aanstonden,” vertelt hij. “Toen ik op mijn 32-ste een Britse dame leerde kennen ben ik haar achterna gereisd naar Amsterdam. Maar wat moest ik in vredesnaam doen om hier te overleven? Ik sprak geen Engels en was nog nooit in Europa geweest. Uiteindelijk huurde ik een zaaltje om Japanse vechtsportlessen te gaan geven.”
“In het begin was het best moeilijk,” peinst Tojo. “Shorinji-Kempo is nu eenmaal geen echte wedstrijdsport met sparren en punten scoren. Het aspect zelfverdediging is van veel groter belang en daarnaast spelen meditatie en de boeddhistische filosofie een belangrijke rol. Iets wat vechtsportinstructeurs hun leerlingen hier over het algemeen niet bijbrengen. Wij hebben wel trainingsvormen waarbij krachtmeting aan de orde komt. Het draait alleen minder om het uitschakelen van de tegenstander en meer om het sublimeren van iemands vechtstijl.” Zijn vechtschool bestaat nu meer dan twintig jaar en heeft inmiddels dertig leerlingen tot zwarte band opgeleid.
Hilversum
Een geheel andere wereld opende zich, toen Tojo in 1984 in Hilversum belandde. “Per toeval hoorde ik dat ze bij Philips een Japanner zochten voor een reclamespotje en ik besloot het erop te wagen. Als doorgewinterde filmgek, kwam ik vrij makkelijk door de screentest heen. Daarna rolde ik van de ene in de andere acteerklus.” Nadat Tojo vele kleine en grote rollen speelde in onder meer GTST en Flodder Part-II, brak hij enkele jaren geleden door als de tegenspeler van Wendy van Dijk in haar Japanse opvoering van Ushi, (een soort candid-camera, red.).
Hiromi: “Om de geschminkte Wendy beter uit de verf te laten komen moest er een echte Japanner bij. Als Wendy in haar nep-Japans brabbelt en bekende sterren in de maling neemt, vul ik haar aan. We hebben erg gelachen om de reacties. Zo had de Belgische seksuologe en televisiepersoonlijkheid Goedele Liekens, al snel door dat het niet klopte. Televisiepresentator Jerry Springer werd boos toen Wendy hem al te intieme vragen bleef stellen. Gelukkig draaide hij bij toen Wendy zich van haar pruik ontdeed.”
Hiromi Tojo geeft momenteel drie Shorinji Kempo-lessen per week. De trainingsruimte bevindt zich in het bewegingstheater BEWTH, 1e Nassaustraat 7 (2e etage), Amsterdam (Westerpark). Lestijden: elke woensdag, vrijdag en zondag van 19.00 uur tot 21.00 uur. Het lesgeld bedraagt 27 euro per les of kost 36 euro voor twee lessen per week. Het inschrijfgeld is 14 euro. Voor informatie over de Nederlandse Shorinji-Kempo associatie, kijk op www.shorinjikempo.nl.
Door Jessica de Jong
2003